Klaarzetten

Veld van 6 bij 6 meter.

  • 3 kastdelen
  • 3 butterflyballen
  • 9 afstandstreepjes > 3 afstandstreepjes per kastdeel op 1, 1,25 en 1,5 meter van het kastdeel
  • 6 kinderen > 2 kinderen per kastdeel
    2 kinderen > 1 stoeprander en 1 wachter

Opdracht

Probeer de bal vanaf het 1e afstandstreepje tegen de voorste rand van het kastdeel te gooien en daarna direct weer te vangen.

Regels

Stoepranders:

  • Elke stoeprander gooit 3 keer.
  • Na 2 van de 3 keer raak en direct weer gevangen, ga je 1 streepje verder naar achteren.

Wachters:

  • Je wacht ruim achter de stoeprander.

Functiewissel:

  • Na 3 keer gooien: stoeprander > wachter > stoeprander

Tips

  Wat zie je? Wat doe je
Loopt 't De wachter staat te dicht bij de stoeprander. Maak een wachtplek voor de wachters.
  De kinderen hebben last van elkaars ballen. Kastdelen verder uit elkaar zetten.
  Kinderen van andere activiteiten hebben last van de ballen. De wachters houden de ballen tegen.
Lukt 't Een kind raakt de voorste rand van het kastdeel bijna nooit. Dichterbij de kast gaan staan.
    Voordoen hoe het kind tegen de kast moet gooien.
  Een kind raakt de voorste rand wel, maar het lukt niet om de bal direct te vangen. Je mag bij het streepje weglopen om de bal te vangen.
    Probeer raak te gooien, maar nog niet te vangen.
Leert 't Een kind gooit vanaf het 3e afstandstreepje vaak raak en vangt de bal direct weer. Na 2 keer achter elkaar raak een streepje naar achteren.
    Na 3 keer achter elkaar raak een streepje naar achteren.
    Extra afstandstreepje op 2 meter van het kastdeel.
Later   Om de beurt gooien. Wie heeft er als eerste 10 keer raak?
    Tegenover elkaar staan bij een kastdeel. (Zie groep 7 & 8)